Tags: digitale vaardigheden

Waarom kinderen niet vanzélf goed met internet om kunnen gaan

Kinderen zijn digitaal vaardig, maar dit betekent niet automatisch dat ze zich online ook kunnen handhaven zonder begeleiding. Volwassenen spelen een grote rol in het onderwijzen van kinderen over het veilig navigeren op het internet en het ontwikkelen van kritische digitale vaardigheden.

Kinderen van nu groeien op in twee werelden. De digitale wereld en de ‘echte’ wereld. Peuters swipen net zo makkelijk als dat ze een potlood op papier zetten. Dat lijkt wel een soort tweetalige opvoeding. Er is alleen een groot verschil. We vergeten als volwassenen snel dat kinderen ook bij het leren van de ‘digitaal’ begeleiders nodig hebben, volwassenen die laten zien hoe die ‘taal’ werkt. Dat komt doordat kinderen heel handig zijn met digitale middelen. Vaak zijn ze nog vaardiger dan wijzelf! Maar digitaal vaardig zijn wil nog niet zeggen dat kinderen zich online ook goed kunnen handhaven.

In de praktijk merk je bijvoorbeeld dat kinderen zelf geen maat kunnen houden als het over schermtijd gaat, dat ze meegaan met allerlei afleiding op internet, dat ze proberen te gamen onder de les. Hoe komt dat en wat hebben kinderen eigenlijk nodig?

Ontwikkeling en omgeving

Cognitief gezien zitten kinderen nog niet in de juiste ontwikkelingsfase om de keuzes te kunnen maken die online van ze gevraagd worden. Neuropsycholoog Theo Compernolle legt in een gastblog voor Myndr uit dat dit te maken heeft met de sturende vaardigheden die nog volop in ontwikkeling zijn. Kort gezegd: de hersenen van kinderen hebben nog niet de ontwikkeling doorgemaakt om bijvoorbeeld impulsen onder controle te houden. Online is dit een onmisbare vaardigheid. Zonder impulscontrole neemt de afleiding het constant over. Denk aan advertenties, grappige filmpjes of pop-ups die een nieuwe game aanbevelen.

Kinderen voelen op zo’n moment niet dat ze afgeleid worden, maar ze ervaren dat er iets leuks langskomt waar ze op willen reageren. Of ze denken aan de game van vanochtend die ze graag af willen maken. En weg is hun aandacht voor rekenen. Niet voor niets wordt internet zoals dat nu functioneert een aandachtsmachine genoemd. Het spel dat gespeeld wordt is het spel om de aandacht van de gebruiker.

Dat willen van kinderen is echter maar heel oppervlakkig. Als je in de klas een gesprek over online zijn aangaat zullen veel leerlingen toegeven dat ze zelf ook vinden dat ze te veel gamen of op hun telefoon zitten. En ook dat ze in het gezin en vriendschappen merken dat het onderling contact in de weg staat. Uit verschillende onderzoeken blijkt dat kinderen zich niet gezien voelen door ouders die veel op hun telefoon zitten, of dat ze zich in de auto zelfs onveilig voelen als hun vader of moeder appjes beantwoordt onder het rijden.

Er zijn twee dingen die kinderen hierin van volwassenen nodig hebben. Allereerst dat wij beseffen dat kinderen zich niet vanzelf redden online. En ten tweede dat wij dan laten zien hoe dat dan wel moet. Hoe je met afleiding omgaat. Waar je wel en geen antwoord op geeft. Hoe je omgaat met de vele berichtjes in een groepsapp. Hoe je online keuzes maakt die goed voor je zijn.

Hoe ontwikkelen kinderen dit het beste?

Kinderen hebben hiervoor de juiste tools en vaardigheden nodig. Dat is een heel leerproces. Een leerproces wil zeggen dat je telkens een volgende stap neemt. Het is geen goed idee om kinderen meteen in het diepe te gooien en maximaal te bevragen. Onbedoeld is dat eigenlijk wel wat er gebeurt als we kinderen niet bij de hand nemen in de online wereld.

In de klas kun je dit concreet doen door tijdens dit leerproces niet altijd heel het internet toegankelijk te maken. Je kunt het beste de online toegang beperken tot de websites die je nodig hebt en afleiding alleen toelaten als je hiermee gaat oefenen. Je kiest dus je momenten. Zo houd je de diepte van het bad nog zo dat je leerlingen kunnen staan, totdat ze toe zijn aan oefenen in het diepe. Én zo ontstaat er vanzelf veel meer begeleiding in plaats van veroordeling. Als een kind gamet onder de les zijn we al snel geneigd te zeggen: ‘wat doe je nou, dat mag niet.’ Het is echter opbouwender om te bevestigen wat goed gaat en dan een volgende stap te nemen. Je hoeft dan niet meer te controleren wat ze precies doen online, maar je gaat ze ondersteunen. Het is niet de schuld van het kind dat het afgeleid is. Dat is hoe internet werkt. Het is aan ons ze daarbij te helpen groeien.

Wat moeten kinderen leren om online stevig te staan?

In de basis van een goede omgang met wat internet te bieden heeft zijn er drie dingen nodig die kinderen moeten ontwikkelen: keuzes maken, zelfvertrouwen en impulsen controleren.

Om online sterker te worden heb je het nodig te weten dat je een keuze hebt. Dat je kan kiezen ergens op te reageren, dat je kan kiezen een pop-up niet aan te klikken, dat je kan kiezen een notificatie uit te zetten. Daar ligt zelfvertrouwen aan ten grondslag. ‘Ik ben ik en ik mag voor mezelf kiezen, ik hoef niet overal in mee te gaan. Ik ben nu aan het rekenen en niet iets anders.’

Het helpt als je op school een duidelijk kader creëert: je bent hier om te leren. Wat hoort daar wel en wat hoort daar niet bij? Daar baseer je regels op, zodat een kind ziet wat het leren, en dus hemzelf, dient. Die regels kun je dan ook het beste samen maken. Als de kaders helder zijn kan het kind leren impulsen te controleren. Dat kan bijvoorbeeld met het media-empowermentmodel van prof. dr. Esther Rozendaal.

Hoe faciliteer je een online omgeving waarin leerlingen digitaal kunnen groeien?

Regel internet zo dat het niet het constante ‘diepe’ is. Maar laat de online ruimte meegroeien met waar je leerlingen aan toe zijn. Dat kun je doen door een flexibele internetfilter toe te passen. Met zo’n filter regel je elk moment van de dag waar de leerlingen online bij kunnen en voorkom je constante overvraging. Myndr is de enige flexibele internetfilter, waarmee je elke les de toegang tot internet kan aanpassen aan wat je nodig vindt.

Kies bewust momenten waarop je oefent met mediawijsheid en geef dan ook een gerichte opdracht. Bespreek altijd wat er gebeurde als iemand afgeleid is of (per ongeluk of expres) op beelden terecht is gekomen die over een grens gaan. Zo laat je zien dat je niet veroordeelt, maar dat je helpt groeien.

Als je leerlingen kunt leren zich met regie op internet te bewegen, geef je ze een van de belangrijkste vaardigheden van dit moment mee. Zolang internet nog beheerst wordt door bedrijven die van aandacht een verdienmodel hebben gemaakt, zijn je leerlingen namelijk niet vrij om zich online te bewegen zoals ze willen.

Meer lezen over dit onderwerp?

Wil je meer lezen over dit onderwerp? Lees dan zeker even door over het Media-empowermentmodel van Esther Rozendaal en de effecten van digitale middelen in de klas

 

Tags: digitale vaardigheden
Je moet inloggen om een reactie te kunnen plaatsen.

Ook Interessante Artikelen

Stappenplan smartphonebeleid op school

De publicatie ‘Schoolbeleid voor smartphones’ en het bijbehorende stappenplan, gemaakt door Kennisnet in samenwerking met de VO-raad helpen scholen op weg bij het opstellen van een helder smartphonebeleid, passend bij…
Lees verder

Bezoeker!

Community Leden

Alle Leden >>>

Whitepaper arbeidsmarkt

Whitepaper onderwijs arbeidsmarkt

Whitepaper digitale toepassing didactiek

didactiek download

Whitepaper Werkstress de baas

HR download onderwijs

Whitepaper Hybride leeromgeving

Leeromgeving download

Whitepaper maatschappij

Maatschappij onderwijs download

Whitepaper onderwijsontwikkeling

onderwijsontwikkeling download

Whitepaper effectief afstandsonderwijs

Onderwijs organiseren download

Whitepaper professionalisering

onderwijs professionalisering download

ICT-gebruik in het onderwijs

Onderwijs Technologie download

Registreer je als lid

Artikelen & Blogs

Apps & Tools

🙁

WORD LID

Met Onderwijscommunity maken we het werkveld iedere dag een stukje beter en mooier. Meld je gratis aan als lid, maak verbinding, haal én breng kennis, maak je eigen ledenprofiel, connect met andere leden en meer.

PUBLICEER

Heb je een uniek en interessant artikel geschreven en denk je dat deze interessant kan zijn voor de leden van Onderwijscommunity? Stuur deze dan in via het formulier en wij gaan er mee aan de slag.